Avondmaal

Ongeveer 1 keer per 2 maanden is er een avondmaalsdienst. Iedereen die de Here Jezus liefheeft, krijgt de gelegenheid om een stukje (ongegist) brood en wijn (druivensap) tot zich te nemen. We vieren het avondmaal om eraan te denken wat de Here Jezus voor ons heeft gedaan: Hij heeft Zijn leven voor ons opgeofferd aan het kruishout van Golgotha en ons zo (door het geloof in Zijn offer) gered van de eeuwige dood.

 

Wat is de betekenis van het avondmaal?

Deze Bijbelteksten geven de betekenis van het avondmaal weer.

Het Avondmaal is een herdenking van de dood van Jezus aan het kruis voor onze zonden

1 Kor. 11:23b-24 (NBV): In de nacht waarin de Heer Jezus werd uitgeleverd nam hij een brood, 24 sprak het dankgebed uit, brak het brood en zei: “Dit is Mijn lichaam voor jullie. Doe dit, telkens opnieuw, om Mij te gedenken.”

Brood en wijn vertegenwoordigen Jezus’ Lichaam en Bloed

Mt. 26:26-28 (NBV): 26 Toen ze verder aten nam Jezus een brood, sprak het zegengebed uit, brak het brood en gaf de leerlingen ervan met de woorden: “Neem, eet, dit is Mijn lichaam.”27 En Hij nam een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun de beker met de woorden: “Drink allen hieruit, 28 dit is Mijn bloed, het bloed van het verbond, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden. …”

Door het Avondmaal versterken we de band met de Here Jezus Zelf

Joh.6:51,54-58 (NBV): “… 51 Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald; wanneer iemand dit brood eet zal hij eeuwig leven. En het brood dat Ik zal geven voor het leven van de wereld, is Mijn Lichaam.” … 54 Wie Mijn lichaam eet en Mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en hem zal Ik op de laatste dag uit de dood opwekken. 55 Mijn lichaam is het ware voedsel en Mijn bloed is de ware drank. 56 Wie Mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik blijf in hem. 57 De levende Vader heeft mij gezonden, en ik leef door de Vader; zo zal wie mij eet, leven door mij. 58 Dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald. Het is niet het brood dat uw voorouders aten; zij zijn gestorven, maar wie dit brood eet zal eeuwig leven.”