De Vader zoekt

Kortjakje raakt soms helemaal ‘hotel-de-botel’ van alle termen die worden gebruikt: eren, lofprijzen, lofzingen, worshippen, loven, vereren, prijzen, aanbidden … Wat precies het verschil is, kwam niet aan de orde. Maar zij heeft zondag wel iets geleerd over wat aanbidden is.

Aanbidding

Afgelopen zondag ging de preek over aanbidding. Als je – zoals ik (bijna) altijd doe – goed hebt opgelet, ben je er vast wat wijzer van geworden. En misschien ook wel meer gemotiveerd om de Here God te aanbidden. “God heeft het niet nodig”, zo begon de spreker. Ik dacht: nou, dan kan hij wel meteen ‘amen’ zeggen. Maar dat bleek anders uit te pakken. “God verlángt er wel naar dat wij Hem aanbidden”, zei de spreker.

Zin

Nu heb ik vandaag niet zoveel zin om de hele preek samen te vatten, dus ik beperk me even tot iets dat me opviel. Soms denken we misschien dat we in de dienst liedjes zingen. Maar daarvoor komen we niet naar de kerk, merkte de spreker op. Want als het goed is, gebeurt er tijdens het zingen iets anders: we aanbidden God.

O ja? Wat doe ik eigenlijk als ik zing? En wat ben jij aan het doen, als je zingt?

Niet vanzelf

God eren kost je iets, zei de spreker met verwijzing naar Psalm 50:23. En in datzelfde vers staat ook dat het bij God iets teweeg brengt, ons ten goede!

Aanbidden gaat dus niet vanzelf. Niet iedereen doet het. Daarom zóekt de Vader aanbidders. Dit staat in Johannes 4:23. We moeten onszelf er weleens toe zetten, toe opwekken. Tegen onze ziel zeggen: kom op, maar de Here groot!

Blessings,
Kortjakje